Columns & opinie
Opinie: Klaagzang van een oude rocker
Hebben sociale media ‘het woord gedood’, zoals Stefan Hertmans in zijn Verwey-lezing beweerde? Of is de zogenaamd ‘onpartijdige’ gastschrijver bang voor nieuwe geluiden? Toehoorders Pablo Kattenberg en Benjamin Schoonenberg vrezen het laatste.
donderdag 29 november 2018
Het Leidse collectief Under the Bridge, met daarin zo’n veertig jonge dichters en poëzieliefhebbers, hield vorig jaar ’s avonds laat stiekem bijeenkomsten in de stad. Foto Taco van der Eb

Twee weken geleden, op 14 november, hield auteur Stefan Hertmans de 34ste Albert Verweylezing: De fictie en de feiten. Hoewel Hertmans met grote overtuigingskracht en Vlaamse woordkunst indruk maakte op het publiek (onszelf inbegrepen), bleven wij tijdens onze bescheiden nabeschouwing in de ontvangsthal van het Academiegebouw, rondom een seizoensgeharde plastieken borreltafel, met enkele vragen en enige twijfel achter.

Waar ging de lezing eigenlijk over? Hertmans betoog, enerzijds over de ontlezing, anderzijds over het zogezegde aperte nut van literatuur, centreerde zich rondom de vraag naar de plaats van literatuur in onze samenleving. In de loop van zijn voordracht ontstond een diagnose van de literaire cultuur: die van de zogenoemde ontlezing van de samenleving en de teloorgang van de authenticiteit en de autoriteit van het geschreven woord.

De problematiek die Hertmans in zijn lezing schetste heeft tegenwoordig haar eigen stoel aan de jurytafel van deze tijd. Zijn verhaal klinkt aanvankelijk als het bekende geluid van een eeuwenoud cultuurfilosofisch debat: namelijk of de literatuur als medium, zwijgzaam in ondergang met de geletterdheid van haar lezers, haar culturele inslag aan het verliezen is. Hertmans wilde in zijn betoog – zoals hij het zelf zei – niet zozeer stelling innemen aangaande de zorgwekkende problematiek die hij schetste, maar eerder de verscheidenheid van geluiden uiteenzetten.

Maar laat stelling innemen nu precies zijn wat Hertmans volgens ons wel deed. Waar beide kanten van het debat wel degelijk vertegenwoordigd waren in zijn betoog, was de manier waarop deze gebracht werden, tekenend voor de positie die Hertmans – hoewel hij betoogde er geen in te nemen – onvermijdelijk innam.

Waar een prestigieus schrijver bijvoorbeeld toch ook zijn kennis moet laten blijken over de hedendaagse popcultuur, sprak hij over de hervonden magie van het orale woord, dat zich op het internet manifesteert in ‘rap, orale poëzie, TED-lectures’ en ‘pakkende songs’ en liet hij weten op de hoogte te zijn van het feit dat er wel degelijk meer gelezen wordt, maar dit veelal plaatsvindt in een leescultuur die doordrongen is van ‘wellness denken’, ‘onthaasten’ en ‘quality time’. Over de nieuwe, sociale media was de toon van Hertmans niet bepaald gematigder; ze moesten het ontgelden als ‘gemurmel’, hadden ‘het woord gedood’ en zorgden zo voor een ‘implosie van de status van het geschrevene’.

In de kern rest het woord volgens Hertmans in de tegenwoordige tijd ‘haast geen objectiviteitsaanspraak meer’, sterker nog, ‘het woord is radicaal subjectief geworden’ – als wij de schrijver moeten geloven. Maar is die vermeende objectiviteit niet precies waar de postmoderne filosofen zich zo hevig tegen verzet hebben? Is het niet inmiddels gemeengoed geworden dat die objectiviteitsaanspraak zelfs nooit bestaan heeft: dat elke positie van waaruit we spreken sociaal, maatschappelijk en bovenal discursief gevormd is?

Wij vragen ons af of de ‘onpartijdigheid’ van Hertmans niet eigenlijk een normatieve perceptie is van hoe de literatuur volgens hem dient te zijn. Schuilt er achter zijn vertoning als onpartijdige chirurg die enkel het gangreen van het been van de literatuur wil afsnijden een oprechte zorg, of luisteren we hier naar de klaagzang van een verjaarde Haagse rocker die de nieuwe geluiden van de literaire cultuur vooral als het geruis van zijn tinnitus verstaat?

Beste Stefan Hertmans, wij horen graag van u.

Pablo Kattenberg is masterstudent literature in society

Benjamin Schoonenberg volgt de master film and photographic studies