Nieuws
Oppositie fel tegen renteverhoging
Het in september aangekondigde wetsvoorstel van onderwijsminister Van Engelshoven om de rente op studieleningen vanaf 2020 te verhogen, wordt door de oppositie stevig afgekeurd.
donderdag 8 november 2018

Door Sebastiaan van Loosbroek Dat bleek afgelopen dinsdag toen GroenLinks-Kamerlid Zihni Özdil een motie indiende om de renteverhoging te schrappen. Özdil kreeg de volledige oppositie mee, maar coalitiepartijen VVD, CDA, D66 en ChristenUnie stemden tegen. Het voorstel werd verworpen met 74 tegen 70 stemmen.

De onderwijsminister vindt het verdedigbaar om de studierente te verhogen, omdat het maandelijks terug te betalen bedrag bij een gemiddelde schuld van 21.000 euro dan niet 70 euro is maar 82 euro. Een effect van 12 euro extra per maand is te overzien, vindt zij, ‘maar alleen als het inkomen van een student daarvoor toereikend is’. Gevolg van deze maatregel is wel dat oud-studenten die de lening over de maximale termijn van 35 jaar terugbetalen, dan duizenden euro’s duurder uit zijn.

‘Het is ook niet mijn favoriete maatregel’, zei Van Engelshoven vorige week donderdag tijdens het debat over de onderwijsbegroting, ‘maar ik begrijp hem wel. Het gaat om langlopende leningen waar langlopende verplichtingen tegenover staan. Daar moet je een passende rente tegenover stellen.’ Zijdelings gaf Van Engelshoven donderdag aan dat het idee voor een renteverhoging afkomstig is van CDA en ChristenUnie. Daarmee leek ze impliciet te zeggen dat ze zich tussen twee vuren in voelt zitten: dat van het kabinet en dat van haar eigen partij D66, die zich als onderwijspartij verkoopt.

Farid Azarkan van DENK ziet niets in de renteverhoging. ‘Je moet echt lef hebben om de studenten op kosten te jagen. De feiten zijn dat we een heel klein beetje geld, dat voor de studenten veel is, weghalen en dat we dat via de verlaging van de vennootschapsbelasting cadeau doen aan met name de grote bedrijven. Ik vind dat onverantwoord en niet uit te leggen.’

GroenLinks-Kamerlid Zihni Özdil noemt de renteverhoging een manier om studenten uit te melken. Bovendien vindt hij dat hiermee nog een verkiezingsbelofte wordt gebroken, nadat ook al de belofte van de voorinvesteringen in de onderwijskwaliteit in de ban is gedaan. ‘Is de minister het met mij eens dat de belofte van D66 als onderwijspartij op deze manier geen knip voor de neus waard is?’

Van Engelshoven noemt die uitspraak ‘een goedkoop trucje’ en vindt het alleszins verdedigbaar de renteverhoging alleen op te leggen bij hoge inkomens. ‘Alleen voor studenten die straks echt een behoorlijk inkomen hebben, telt dit in hun maandlasten. Als je bijvoorbeeld meer dan 40.000 euro verdient, gaat het om 12 euro per maand. Bij een inkomen van 40.000 euro of minder heeft de renteverhoging geen effect.’

Eerder op de dag leek ze zich tegenover de Tweede Kamer in te dekken voor al te veel kritiek: ‘Er zijn nog steeds mensen die ons willen doen geloven dat het kommer en kwel is in het hoger onderwijs, dat we aan de rand van de afgrond staan. Als je dat beeld niet corrigeert, gaat dat een eigen leven leiden. Dan gelooft straks iedereen dat een investering van 577 miljoen leidt tot slecht onderwijs. En dat is de logica van de universiteit van Kaatsheuvel, de logica van Holle Bolle Gijs, die propte en schrokte en nog van honger niet kon slapen.’