Columns & opinie
Geen commentaar: Bevoorrechte boeken
Marleen van Wesel
donderdag 25 januari 2018
© Silas.nl

‘Moet je ook Gijsbrecht van Aemstel lezen?’ vroeg een tweedejaars ooit geïnteresseerd op de eerstejaarsborrel van de studievereniging van Nederlands. Ik had zojuist mijn studieboeken opgehaald. We zaten op het terras van Barrera. Op een of andere manier was ik de enige eerstejaars die was komen opdagen.

‘Ik geloof het niet. Wel Vondel’, zei ik, onder de volledige belangstelling van alle ouderejaars.

De schrik was me even om het hart geslagen, door die boekenlijst. Dat ik het allemaal moest gaan lezen, daar had ik wel zin in. Maar op mijn Casio CFX-9850GB Plus, die ik eigenlijk nooit meer nodig dacht te hebben, was het bedrag van zo’n tweeënhalve maand huur tevoorschijn gesprongen. En dat waren slechts de ‘verplichte’ boeken, en dan alleen degene die op dat moment voorradig waren bij de boekhandel. Daar kwamen nog readers bij, en de ‘aanbevolen’ boeken, die je ook gewoon gelezen moest hebben voor het tentamen.

NRC Handelsblad  liet dit weekend studenten aan het woord over verplichte pennensets op de pabo, codes om toegang te krijgen tot computerprogramma’s en excursies naar het buitenland. Toegang tot een studie mag volgens de Wet op het hoger onderwijs echter helemaal niet afhankelijk zijn van andere kosten dan het collegegeld. Extra kosten mogen alleen, wanneer er ook een kosteloos alternatief is. ‘Dat moet bovendien van tevoren én duidelijk gecommuniceerd worden’, legt NRC nog even uit.

Maar wacht eens: geldt de wet niet voor boeken? Nou, volgens een uitleg van het Hoger Onderwijs Persbureau van afgelopen maandag, is ‘glashelder’ dat je studieboeken zelf moet betalen. Ik ben dól op boeken. Maar als ik zo eerlijk zou zijn dat ik op die eerstejaarsborrel gewoon had bekend nooit van Gijsbrecht van Aemstel gehoord te hebben, dan zou ik toegeven dat die uitzonderingspositie op excursies en licenties eigenlijk vreemd is.

Zoveel eerlijkheid is niet nodig, want de Landelijke Studentenvakbond legt eveneens glashelder uit op haar website: ‘De categorie extra kosten is zeer ruim, denk aan; excursiegeld voor verplichte excursies, kosten voor inzien van een tentamen, kosten voor inschrijving van een tentamen, kosten voor verplichte studieboeken of ander verplicht lesmateriaal, gastcolleges, extra kosten i.v.m. stage.’

Ha! Maar… stel dat van die twee uitleggers de LSVb gelijk heeft. Hoe weet een aankomend eerstejaars dat er een kosteloos alternatief moet zijn, als hij niet beter geïnformeerd wordt dan dat verplichte boeken verplicht zijn? En belangrijker nog: wat heeft een eerstejaars aan een kosteloos alternatief, als dat één exemplaar in de Universiteitsbibliotheek is, dat uiteraard het gehele semester is uitgeleend?

Mij heeft het ooit een herkansing opgeleverd, toen de vragen van een literatuurtentamen over negen ‘aanbevolen’ romans vooral gingen over die ene, die kwijt was in de UB. Toegegeven, zelf had ik dat boek best kunnen kopen. Maar studenten voor wie deze wet de toegang tot het onderwijs moet waarborgen, hebben er dus eigenlijk niet zoveel aan.

Gelukkig kost de boekenlijst van eerstejaars Nederlands tegenwoordig geen tweeënhalve maand huur meer. Daarvoor zijn de kamerprijzen te hard gestegen. En het destijds verplichte Middelnederlandsch Handwoordenboek van honderd euro is tegenwoordig gratis te raadplegen op internet. Die van mij staat haast ongebruikt in mijn boekenkast. Net als Gijsbrecht van Aemstel trouwens, geschreven door Joost van den Vondel.