Nieuws
'We lopen nog achter'
Het college van bestuur erkent dat de uitvoering van het universitaire milieubeleid nog niet op alle punten soepel verloopt.
donderdag 16 februari 2017

‘Er is terughoudendheid en soms zelfs weerstand binnen de universiteit bij bepaalde zaken’, zei Sander van Diepen van studentenpartij ONS Leiden en voorzitter van de raadscommissie financiën en huisvesting maandag tijdens de overlegvergadering met het college van bestuur. ‘Een concreet voorbeeld is de aanwezigheid van niet duurzame watercoolers. Die kunnen gewoon weg, maar daar blijven mensen aan vasthouden.’

‘Maar een meer algemeen punt’, ging Van Diepen verder. ‘Iedereen wijst naar elkaar en daardoor loopt de uitvoering van het plan niet zo goed, als het zou kunnen lopen.’

‘We lopen gewoon nog achter op de doelstellingen’, erkende vice-collegevoorzitter Willem te Beest. ‘Dat is duidelijk. We wijzen bestuurders er elke dag op dat we een milieubeleidsplan hebben. En dat wat daarin staat, ook gerealiseerd moet worden.’

Hij ging ook in op de watercoolers. ‘Ik geloof niet dat het nog aanwezig zijn van watercoolers alleen te maken heeft met weerstand. Dat zal hier en daar voorkomen. Maar het heeft vooral te maken met afgesloten contracten. Die moeten eerst aflopen voordat we die dingen kunnen wegdoen.’

De raad had ook opgemerkt dat het lastig is om bij het universitair reisbureau aan betaalbare treintickets te komen als alternatief voor auto en vliegtuig.

‘Dat gaat veranderen’, aldus Te Beest. ‘We brengen de situatie nu in kaart. Naar welke bestemmingen wordt gereisd en hoe? Als we dat goed weten, komen we met oplossingen en afspraken.’

‘Er is absoluut geen wantrouwen tegenover het bestuur ’, zei Maria Tiggelaar van studentenpartij LVS. ‘Het is duidelijk dat het college het beleid wil uitvoeren. Maar niet op elk niveau gaat het goed. Wij vinden het echt schokkend dat als het om in werking stellen van plannen gaat, sommige verantwoordelijken zelfs niet reageren op mails.’

‘Dat wisten wij niet’, reageerde Te Beest. ‘Dat kan de bedoeling niet zijn. En het verbaast mij ook. Ik breng het aan de orde.’

Maud Pols van ONS: ‘Je merkt bij dit onderwerp dat faculteiten snel verwijzen naar het Green Office van de universiteit. Dat is niet de bedoeling. Meer centrale sturing op dit punt is nodig. Dit beleid moet gewoon uitgevoerd worden, ook als de directeur bedrijfsvoering daar geen zin in heeft.’

Te Beest: ‘We hebben het hier al met de faculteiten over gehad. Er wordt inderdaad te vaak naar het Green Office gekeken. Het office is luis in de pels, de faculteiten de uitvoerder. Het moet anders en die boodschap is ook wel binnengekomen.’

De raad wil graag studenten meer betrekken bij milieu en duurzaamheid en stelde ook voor om een scriptieprijs in het leven te roepen.

‘We komen graag aan dat verzoek tegemoet’, zei Te Beest. ‘Een van de criteria moet toepasbaarheid van de ideeën zijn. Het is niet zo dat we van te voren al vastleggen dat we ook zeker gaan doen wat er in een prijswinnende scriptie staat. Als je dat doet, kun je de meest vreselijke problemen krijgen.’ VB