Wetenschap
Verkeerd, te veel en te moeilijk
De overheid probeert om de het aantal regels voor ondernemers te verlagen. Maar die zeggen daar weinig van te merken.
donderdag 9 februari 2017
Boze boeren spuiten melk op agenten tijdens een tweedaags protest voor het Europees Parlement op 26 november 2012. Foto Geert Vanden Wijngaert

‘Ondernemers zijn niet per se tégen regels’, legt juriste Esmeralda Vergeer uit. ‘De voedingsindustrie geeft bijvoorbeeld aan dat regels ontzettend belangrijk zijn voor consumentenvertrouwen. Als één bedrijf stiekem paardenvlees verkoopt in plaats van rund, heeft de hele sector daar last van. Veel fabrieken hanteren veiligheidsregels die verder gaan dan de Arbo, want als iemand een ongeval krijgt en de productie ligt daardoor een dag stil, kost dat een vermogen.’

Toch zie je op het nieuws vooral ondernemers die protesteren tegen de regels van de overheid: boeren die de gierkar open zetten, vrachtwagens die snelwegen blokkeren, huisartsen die formulieren domweg niet meer invullen. De regels zijn verkeerd, de regels zijn te moeilijk en de regels zijn met veel te veel, klinkt het keer op keer.

Toch neemt elke regering sinds Lubbers-III (1989) zich voor om in de regeldruk te snoeien, en te voorkomen dat er nieuwe regeldruk bij komt. Dat lukt nog ook. Tenminste: er verdwijnt daadwerkelijk papierwerk, de overheid maakt sommige regels echt simpeler of overzichtelijker. De ambtelijke lasten voor het bedrijfsleven dalen – met miljarden, zelfs.

Vergeer werkte toen ze met haar promotieonderzoek begon bij de Kamer van Koophandel in Den Haag; ze was projectleider Vermindering Regeldruk. ‘De ondernemers die ik sprak, zeiden maar weinig te merken van de inspanningen van de overheid. Ook als ze in gemeentes werkten die binnen de overheid als voorbeeld golden van hoe het moest.’

Tijd voor onderzoek, dus. De Universiteit Leiden heeft een zogeheten dual PhD-centrum voor buitenpromovendi die onderzoek naar hun werk willen doen. Het hielp Vergeer aan een promotietraject, en eind januari promoveerde ze op Regeldruk vanuit een ander perspectief.

Vanuit een ander perspectief – in dit geval vooral het perspectief van ondernemers – ziet alles er ook echt anders uit. Vergeer ging bij bedrijven langs, om te praten. Bijvoorbeeld: sinds 2010 is er een Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Die veegt 25 verschillende vergunningen, meldingen en ontheffingen bij elkaar. Een bedrijf dat iets wil verbouwen op haar terrein hoeft dus niet langer een aparte kap-, sloop- en bouwvergunning te regelen, en ontheffingen voor geluidsoverlast en de monumentenwet. Alles gaat via één digitaal loket. 

Minder, efficiënter, beter. Zou je zeggen.

Vergeer: ‘Als ik ondernemers naar die wet vraag, dan geven ze aan dat ze nog steeds qua dienstverlening van de gemeente tegen problemen oplopen. Het is nog steeds lastig om zelf zo’n vergunning aan te vragen, en daarbij gaat nog wel eens wat mis. Dan willen ze samen met een ambtenaar kunnen kijken hoe het dan wel moet: “We willen ons wel aan de regels houden, maar help ons daar dan bij."’ Maar de gemeente zegt daar niet de capaciteit voor te hebben. In plaats daarvan worden ondernemers doorverwezen naar een commercieel adviesbureau dat ze helpt met de aanvraag, in ruil voor geld.

‘Een gemeente die enerzijds grondig snoeit in haar Algemene Plaatselijke Verordening, ziet anderzijds het niet-bieden van dat soort hulp niet als regeldruk. Juist die werkzaamheid is een knopje waaraan moet worden gedraaid: als je iets digitaal mag, maar je weet niet hoe je het in moet vullen, helpt dat niks.’

Een ander belangrijke factor is wat Vergeer het ‘gepercipieerd nut’ noemt: hoe zinvol een ondernemer een bepaalde regel vindt. In Nederland houdt het Centraal Bureau voor de Statistiek bij hoe het gaat met allerlei branches. Daarvoor houdt het steekproefsgewijs enquêtes onder bedrijven; invullen is verplicht. Het CBS heeft die vragenlijsten de afgelopen jaren flink vereenvoudigd, en vraagt ook niet meer naar informatie die het al via andere kanalen binnen had gekregen.

‘Maar ja, dat het minder werk is om hem in te vullen, verandert niets aan het gevoel van ondernemers dat ze dat voor niks doen’, legt Vergeer uit. ‘Geef duidelijke feedback over wat er met informatie gebeurt, dan zullen ondernemers het minder vervelend vinden om hieraan mee te werken. Ondernemers stelden zelfs voor om vragen toe te voegen waarmee het CBS opkomende problemen in de branche kan signaleren.’

Regeldruk draait om perceptie, benadrukt ze. ‘Het gaat er niet om hoeveel druk er echt is, het gaat erom hoe je het ervaart. Beter communiceren is dus ook stukken belangrijker dan het afschaffen van de bijdrage aan de Kamer van Koophandel, waar ondernemers nauwelijks iets van merken. Het is zaak om het juiste beeld uit te stralen, en vertrouwen te wekken. Waartoe dient een regel? En, maakt de overheid een weloverwogen keuze?

Dat lukt niet altijd; veel ondernemers hebben het gevoel dat de gemeente zich te makkelijk aansluit bij bezwaarmakers, in plaats van een eerlijke, rationele afweging te maken. Ik sprak iemand die zei: “Er zijn 200 voorschriften voor de bouw, dus als ze me willen stoppen, weten ze altijd wel wat te vinden waarom iets niet zou mogen.” Hij vermoedde dat dat omgekeerd ook zo was, maar hij kent die wetgeving niet. De ondernemer is geen volwaardige partner van de ambtenaar.’

Wat de overheid ook nog wel eens wil doen: met ondernemers een resultaat afspreken. Dus niet: we willen minder zwerfvuil, dus we voeren deze wetgeving in, maar: we willen zoveel minder zwerfvuil, en als dat niet lukt, komt er wetgeving. De campagne Nederland Schoon is geen overheidsactie, maar een initiatief van verpakkingsfabrikanten die niet willen dat er statiegeld of heffingen op hun producten komt.

Vergeer: ‘Ik weet niet of het altijd beter is om een probleem aan de branche over te laten. Als je regels opstelt in overleg met de ondernemers, kan dat ook best goed zijn. Zorg voor duidelijkheid, uitvoerbaarheid en proportionaliteit – de ondernemer moet het idee hebben dat de inspanningen die van ze gevraagd worden opwegen tegen de opbrengsten. Nogmaals: ondernemers zijn helemaal niet tegen regels; er zijn alleen situaties waarin ze er teveel last van hebben.’

Esmeralda Vergeer, Regeldruk vanuit een ander perspectief.

Promotie was 25 januari

Feit noch fictie? Op 16 februari organiseert de Universiteit Leiden een bijeenkomst over regeldruk: ‘Regeldruk: feit noch fictie?’, samen met werkgeversorganisatie VNO-NCW en het Ministerie van Economische Zaken. Behalve Esmeralda Vergeer en haar promotor, hoogleraar Staats- en bestuursrecht Wim Voermans zullen ook meerdere politici spreken. Meer informatie: http://bit.ly/2kJv8WG

Bart Braun