Studentenleven
Frutti di Mare: Bee Gees-hit redt levens
Marleen van Wesel
woensdag 7 september 2016
'Neus goed dichtknijpen en nu twee keer beademen!' © Marc de Haan

‘Wat als je geen schaar hebt? Hoe krijg je een bh dan aan de kant?’ ‘Tja, dan moet je ‘m gewoon… uitdoen’, reageert de instructeur van Taskforce QRS, terwijl hij een AED demonstreert. Studentenorganisatie QRS organiseert reanimatietrainingen. Meestal op scholen, maar vandaag voor de 168 aspirant-leden van Quintus.

‘We hebben nooit eerder aan zoveel mensen tegelijk een cursus gegeven’, vertelt Jules Olsthoorn (23, geneeskunde in Maastricht) van het landelijke QRS-bestuur. Daarom zijn er instructeurs van alle afdelingen naar Quintus gekomen: behalve uit Maastricht en Leiden ook uit Utrecht en Nijmegen. De training is onderdeel van de kennismakingstijd. Eerder die dag hebben de politie, de brandweer en ambulancepersoneel al een praatje gehouden. ‘We vinden het belangrijk om te onderwijzen hoe je je als vereniging naar buiten dient te gedragen’, vertelt Quintusvoorzitter Johan Lammers (22). ‘Onze aspirant-leden hebben afgelopen week veel vrijwilligerswerk gedaan: oorlogsbunkers uitkruien in Scheveningen, alle Leidse speeltuinen opknappen en rolstoelen duwen tijdens de Rolstoelvierdaagse.’

Tussen de deelnemers, verspreid over liefst drie volle zalen, liggen reanimatiepoppen. ‘Meer dan honderd’, vertelt Anneliz de Leeuw (20 geneeskunde) van QRS Leiden. ‘Ook bij elkaar geraapt uit alle steden.’ Olsthoorn: ‘Met busjes en auto’s hebben we ze hierheen vervoerd. Als je weet wat zo’n pop kost, ga je er niet mee in de trein zitten.’ Nou? ‘Gerust vierhonderd euro, en die grote poppen daarachter wel 2500 euro.’ Daarop zijn laptops aan te sluiten, om metingen te verrichten. Olsthoorn: ‘Voor de kosten zijn we afhankelijk van externe partijen. Er is geen wetgeving die reanimatieonderwijs verplicht, dus de overheid doet niks. Ook verzekeringsmaatschappijen hebben er schijt aan.’ Toch is het belangrijk dat mensen kunnen reanimeren. ‘In het ziekenhuis kunnen we namelijk niets meer doen, als er op straat niets gebeurd is.’

Aan het eind van de dag zullen de aspirant-Quinten het verzoek krijgen om burgerhulpverlener te worden. Dan kunnen ze opgepiept worden wanneer ergens in de buurt iemand gereanimeerd moet worden. ‘Op het moment dat de dames van QRS op Quintus kwamen overleggen voor deze training, ontving een van onze nieuwe bestuursleden een berichtje dat iemand op de Morsweg een hartstilstand had gekregen’, vertelt Lammers. ‘Het ene moment zit je koffie te drinken, het volgende moment moet je direct weg.’

‘ÉÉN, TWEE, DRIE, VIER, VIJF, ZES!’, brult intussen een andere instructeur. Tientallen reanimatiepoppen ondergaan op haar commando borstcompressies. ‘ACHTENTWINTIG, NEGENENTWINTIG, DERTIG! Neus goed dichtknijpen en nu twee keer beademen!’

‘Echt handig’, vindt deelnemer Eva van der Heijden (18, international studies). ‘Er kan altijd iemand flauwvallen.’ Burgerhulpverlener worden ziet ze wel zitten. ‘De reanimatie op mijn pop werkte namelijk best goed.’

Olsthoorn vindt ook dat de reanimaties goed worden uitgevoerd. ‘Maar in het echt is het nu eenmaal zo dat niet iedereen het overleeft. Soms hoort dat erbij.’ Wat het vaakst misgaat, is de kwaliteit van de compressies. ‘Je moet dertig keer op de borstkas drukken, met een tempo van tussen de 100 en 120 keer per minuut.’ Het ritme van de jaren zeventig-Bee Gees-hit ‘Stayin’ Alive’ is een bekend trucje. ‘Dat is 100, dus als je nét iets sneller bent, dan zit je goed. Maar we leren het tijdens de cursussen gewoon met tellen. Voor hetzelfde geld begint iemand "Stayin’ Alive" te zingen tijdens een reanimatie.’