Studentenleven
Frutti di Mare: Je kunt altijd nog klusser worden
Isa de Grood
woensdag 20 april 2016
Vervende voorzitters: 'Paas mij even de zijdeglans dan.' © Taco van der Eb

‘Toen we hier kwamen waren alle muren geel gerookt, zoals daar.’ Matthijs van Meel, voorzitter van studentenvereniging Augustinus wijst naar een okergele bubbelige vlek. De verenigingsvoorzitters verven in een uur tijd drie slaapkamers wit bij een bewoonster in een Leidse buitenwijk.

‘Stichting Present gaf ons het klusmateriaal en wij doen de arbeid’, zegt SSR-voorzitter Marliese Vollebregt trots terwijl ze nog wat verf in haar haar veegt. Zes verenigingsvoorzitters van de vijf grootste gezelligheidsverenigingen en de Plaatselijke Kamer van Verenigingen (PKVV) doen mee aan de eendaagse vrijwilligersactie bij één bewoner. ‘Wie weet volgend jaar weer’, aldus Roos ter Elst, voorzitter van Catena.

Maar de studenten zijn het klussen niet vreemd. Johan Lammers, voorzitter Quintus, en Van Meel staan bekend als fervent bouwvakker op eigen sociëteit: ‘Laatst was er wel een crisisje’, zegt Lammers. ‘De cv-installatie vloog eruit. Toen hebben we de pijpen van onze pantalons opgeheven en zijn we met de knieën in het water gaan staan’.

Van Meel draait zich om vanaf zijn ladder ‘Klussen geeft meteen voldoening. Als ik met mezelf in de knoop zit, ga ik schilderen.’ ‘Als het slecht gaat met de vereniging, gaat het goed met de sociëteit!’ roept Lammers, die op de tenen van zijn herenschoenen de kozijnen staat te penselen. Eigenlijk alle studenten vrijwilligerswerk moeten, vindt Lammers. ‘Quintus heeft al heel wat pro bono-initiatieven. Wij laten eerstejaars ook bij mensen werken die hulpbehoevend zijn.’ De bewoonster houdt zich inmiddels beneden op, na de studenten op patat en kip te hebben getrakteerd. Ter Elst: ‘Wij zijn echt blij dat we bij zo’n vriendelijke dame mogen klussen.’ En naar Vollebregt: ‘Die deur ziet er ook goed uit!’

Lammers: ‘Het is echt niet meer zo dat we alleen nog maar in ons eigen rovershol op de sociëteit zitten. Dat stigma klopt niet.’ ‘Normaal lopen we altijd in pak ja’, zegt Vollebregt. Ze wijst naar haar broek die onder de verfvlekken zit: ‘Van alle kleuren van de sociëteit.’ Lammers: ‘Na een jaarlang bestuurswerk en borrels organiseren is het fijn iets te doen dat direct resultaat heeft.’ Vollebregt: ‘Als alles mislukt in mijn leven, kan ik altijd nog klusser worden.’

Ondertussen wordt Lammers door de vrouw beneden geroepen. ‘Jaaaaaa?!’ antwoordt hij, terwijl hij de trap afdendert. Van Meel, nog steeds geconcentreerd op de ladder: ‘Paas mij even de zijdeglans dan.’ Max Grapperhaus, Minervabaas, is al klaar met twee van de kamers en verheugt zich over de roller: ‘Eerst werkte die muur totaal niet mee, maar toen ontdekte ik deze roller!’

‘Stiekem vinden de studenten het heel leuk om dingen te organiseren voor de stad’ stelt Lammers. En straks, als de klus geklaard is, gaan ze nog even borrelen met de bewoonster.