Achtergrond
De kunst is niet laf zijn
In het Rijksmuseum van Oudheden zijn op tentoonstelling Vlijmscherp verleden zo’n tweehonderd historische zwaarden te zien. Mare ging langs met vier zwaardfanaten. ‘Capes en sierzwaarden zouden best weer in de mode mogen komen.’
Marleen van Wesel
woensdag 6 april 2016
© Marc de Haan

‘Jezus, wat een ding! Ik dacht dat het veel kleiner zou zijn’, roept Margôt van den Berg (22, student theater-, film- en televisiewetenschap in Utrecht). Ze staat voor een vitrine in het Rijksmuseum van Oudheden en staart naar het Rijkszwaard: in 1840 gemaakt voor Willem II. In 2013 was het te zien bij de kroning van koning Willem-Alexander, nu ligt het met nog zo’n tweehonderd steekwapens op de nieuwe tentoonstelling Vlijmscherp verleden.

Mare trok naar het museum met vier ervaringsdeskundigen: student-zwaardvechters. Alhoewel? ‘Ik heb een degen’, corrigeert Van den Berg. ‘Mijn wapen een zwaard noemen, is net zoiets als een masker een helm noemen. Dan krijg je direct een zaal vol agressieve schermers tegenover je.’

Ze is lid van de Leidse schermvereniging A.E.W., net als Simone Philipsen (22, Egyptologie), die ook een degen hanteert. ‘Bij clubkampioenschappen switch ik soms naar een floret.’ Van den Berg: ‘Met een degen zijn de regels wat losser. Je mag de ander overal raken en het is wat minder noodzakelijk om een fijne treffer te zetten.’ En dan is er nog de sabel. Van den Berg: ‘Die is om mee te hakken en hauwen. Een degen en een floret zijn om mee te steken.’

De wapens op de tentoonstelling zijn daarentegen lang niet allemaal bedoeld om mee te vechten. Het gekrulde Mindelheimzwaard van Oss, uit de achtste eeuw v. Chr., is expres onbruikbaar gemaakt en vervolgens begraven met een overledene. Andere zwaarden zijn als offer ernstig toegetakeld en in een rivier of moeras geworpen. ‘En eeuwen later hangt je mislukte project dan in het museum’, merkt Van den Berg op.

Andere topstukken zijn het Karolingische zwaard van Dorestad, uit de negende eeuw, en het Ulfberht -Vikingzwaard uit de elfde eeuw. Een ‘baggervondst’, volgens het bordje, want eeuwen later teruggevonden in een rivier. De inscriptie ‘Ulfberht’ is wel vaker te lezen op zwaarden uit die tijd. Volgens het RMO gaat het om de ‘Rolex van de middeleeuwen’. Het is een spatha-type. ‘Die zijn aan twee kanten scherp’, legt Ellen van der Kooij (20, film- en literatuurwetenschap) uit. ‘Daar doet mijn zwaard nog het meest aan denken. Dat is een replica van het zwaard van Link, uit The Legend of Zelda, gekocht op een fantasy fair.’

Carel ter Avest (18, Japanstudies) heeft dan weer een Japans model. ‘Een katana. Maar made in Spain, geloof ik, want ik heb het gekocht op reis in Toledo. Dat staat bekend om de zwaardsmederij.’ Na wat zoeken komt hij op de tentoonstelling ook een katana tegen. ‘Er liggen hier wel dertig zwaarden die uit de Maas zijn opgedoken, maar slechts een stuk of vier uit Japan, waarvan eentje technisch gezien eigenlijk een dolk is’, merkt hij op. ‘De nadruk ligt inderdaad erg op Europese zwaarden’, zegt Van der Kooij. Zij is overigens het meest gefascineerd door een vitrine zónder zwaarden. ‘Daar liggen schedels met beschadigingen door zwaarden.’

De schermers zijn niet onbekend met kwetsuren. Philipsen: ‘Blauwe plekken! We dragen natuurlijk veel beschermkleding, maar vooral onze bovenarmen zitten nogal eens onder.’ Van den Berg: ‘Een keer moest ik na de training direct naar het ziekenhuis, toen had ik mijn duim zwaar gekneusd. Vooral voor jongens kan schermen soms riskant zijn. Ik heb er al behoorlijk wat in de kreukels gelegd.’

Van der Kooij heeft haar fantasyzwaard nog nooit gebruikt. ‘Het is puur voor de sier. Anderen gebruiken zulke props wel bij een stage fight.’ Zelf mist ze daarvoor nog het juiste kostuum. ‘Ik doe nu een jaar of twee aan cosplay, maar het kostuum van Link staat nog op mijn te-maken-lijstje. Ik heb er al wel een gemaakt van Zelda zelf. En naar de Dutch Comic Con was ik laatst als Khajiit, een katachtige uit Skyrim.’ Niet onbekend bij de rest. ‘We zijn allemaal recreatief gamers’, constateert Van den Berg.

‘Gamezwaarden mis ik trouwens een beetje, op deze tentoonstelling’, merkt Philipsen op. Een Lightsaber, een citaat op de muur van Obi-Wan Kenobi: ‘This is the weapon of a Jedi Knight’, en een zwaard zoals Frodo had in The Lord Of The Rings zijn er wel, evenals een rijtje gewapende Playmobilpoppetjes. ‘Die poppetjes heb ik allemaal gehad’, zegt Van den Berg. ‘Het begon ermee dat ik mijn broertje telkens in elkaar sloeg met mijn houten zwaard. Toen moest ik maar op schermen.’

Een tijdje deed ze dat op aardig hoog niveau. ‘Uiteindelijk kon ik kiezen: zes keer per week trainen, of helemaal niet. Stond ik op zo’n kampioenschap in een Belgisch zaaltje, met een grabbelton aan prijsjes uitgestald, van Louis Armstrong-cd’s tot tosti-ijzers, tussen allemaal kinderen die alleen maar Frans spraken. Nou, dan liever niet dus.’ Ze heeft geen spijt dat ze destijds gestopt is, maar een paar jaar geleden heeft ze het dus weer opgepakt, net als Philipsen, die als kind ook al schermde.

Niet heel verrassend blijven ze het langst staan voor de vitrines over schermen. Philipsen wijst op een afbeelding van een Leidse schermschool uit 1610. ‘Je ziet dat Leiden een lange schermgeschiedenis heeft.’ ‘Academisch duelleren! Dat doen Duitse studenten nog steeds’, weet Van den Berg. ‘Je richt je wapen dan op elkaars gezicht. De kunst is om niet laf te zijn en weg te stappen, want dat geeft de lelijkste littekens, door losrakende flappen huid.’

Het meest onder de indruk is ze van de halve cirkel van zes zeldzame reuzenzwaarden, van het type Plougrescant-Ommerschans. Ze zouden afkomstig zijn uit dezelfde werkplaats, maar werden vervolgens in verschillende landen teruggevonden. De laatste door een boer in het Engelse Norfolk, tijdens het ploegen. Tot 2014 gebruikte hij het ding nog als deurstopper. ‘Voor het eerst in 3500 jaar zijn ze weer samengebracht’, leest Van den Berg. ‘Dan heb je me al.’ ‘Magisch’, vindt ook Philipsen. ‘Zelf vond ik het zwaard dat in negen verschillende stukken is teruggevonden het gaafst.’

Ter Avests favorieten komen dan weer uit de Renaissance. ‘Met afbeeldingen van jachttaferelen met paarden en vossen.’ ‘Sierzwaarden dus’, zegt Van den Berg. ‘Dat zou best weer in de mode mogen komen, capes en sierzwaarden.’ De rest knikt en Ter Avest heft alvast een luchtzwaard. Niet veel verder hangt een muurcitaat van de Duitse filmster Hans Söhnker: ‘Wer ein Schwert hat, führt meistens auch etwas im Schilde.

Rijksmuseum van Oudheden: