Studentenleven
Column: Trots
Esha Metiary
woensdag 16 september 2015

Soms ben ik ontzettend trots op mensen. Gewoon, van die mensen die je niet kent maar een willekeurige daad van goedheid ziet plegen. Zo was ik afgelopen zaterdag erg trots op alle mensen die uit de goedheid van hun hart welkomstpakketten voor vluchtelingen kwamen brengen op het Stationsplein.

Wat als een bescheiden opgezet project begon, liep tegen het middaguur volledig uit de klauwen door de massale stroom van mensen die van alles en nog wat kwamen doneren. In eerste instantie werden alle pakketten met een bestelbusje richting de opslag van het COA gebracht, maar dat bescheiden busje moest al snel ingewisseld worden voor een vrachtwagen met rolcontainers en een bijbehorende potige vent die de containers bekwaam volstampte.

Die middag nog verscheen er een bericht over het succes van de actie op Sleutelstad.nl, dat vervolgens weer gedeeld werd op een Facebookpagina ter ere van onze stad. Nou weet ik heus wel dat het volgen en voeren van discussies op social media de allergrootste fout is die je kunt maken, maar ik kon de neiging niet weerstaan om eventjes de reacties door te scrollen. Wat ik zag, brak mijn hart.

In eerste instantie waren de spel- en stijlfouten niet op één hand te tellen en minstens de helft van de reageerders had een kek kapsel in de kleurschakering porno blond tot pittig rood. Dan is mijn dag eigenlijk al verpest, maar de types zoals hiervoor beschreven weten het dan nog erger te maken door schaamteloos hun onwetendheid en intolerantie te etaleren. ‘Ik verwelkom ze echt niet’, ‘Weg ermee’ of ‘Denk eerst aan arme gezinnen hier!’

Kortom: eigen volk eerst. Nog nooit had ik mij zo geschaamd voor mijn blijkbaar Leidse medemens. Want waar ze vandaan kwamen, was mij een raadsel.

Lange tijd heb ik niet willen geloven dat Leiden de domste stad van Nederland was. Mijn Leiden is de stad van verdraagzaamheid, de stad waar kennis en cultuur je om de oren vliegen en waar brakke studenten op hun vrije zaterdagochtend honderden tassen inzamelen voor zij die niet het privilege hebben om in een veilige haven geboren te zijn. Mijn Leiden ging tot aan de singels en alles daarbuiten behoorde tot een onverkende woestenij met barbaren ook wel bekend als arren. Binnen de singels was er geen plek voor de intolerantie of ‘eigen volk eerst’. Wat er buiten de singels gebeurde, behoorde niet tot mijn belevingswereld.

Ik weet nu waar mijn zogenaamde medemens vandaan komt. Niet om ’t een of ’t ander; ik voel me echt niet beter dan de gemiddelde Henk of Ingrid, maar zoals cabaretier Johan Goossens het zegt: als je weet wat het woord elitair betekent, dan ben je het eigenlijk al. En daar ben ik momenteel erg trots op.