Columns & opinie
Column: Professor Personeelszaken
woensdag 17 juni 2015

Zouden veel laatstejaarsstudenten hun best hebben gedaan om zo snel mogelijk af te studeren? Zodat ze zich op woensdag 17 juni alumnus konden noemen en dus meedoen aan de eerste Alumni Masterclass die de universiteit organiseerde?

Het onderwerp van dit heugelijke academische evenement was ‘leiderschap’ en omdat de geleerden aan onze alma mater zelf teveel bezig zijn met algebra en koloniale geschiedenis, werd er speciaal iemand uit Rotterdam overgevlogen: professor Dirk van Dierendonck, hoogleraar in de Human Resource Management aan de Rotterdam School of Management.

Ik probeer ze me voor te stellen, 175 mannen en vrouwen in dat mooie zaaltje in het voormalige Kamerlingh Onnes Laboratorium. Ooit hebben ze het ideaal gehad om iets bij te dragen aan de samenleving door advocaat te worden of evolutiebioloog. Inmiddels zijn ze afgestudeerd en weten ze hun zomeravonden niet beter te besteden dan ‘hun leiderschapscapaciteiten te ontwikkelen’ onder leiding van een professor in het Dienend Leiderschap – de hoofdletters komen uit de uitnodiging.

Natuurlijk, het is een bekend genre in de wereld van de uitgeverij. Terwijl niemand nog een dichtbundel of een boek over Spinoza koopt, vallen de managementboeken niet aan te slepen – vaak licht verteerbare werkjes waarin te midden van veel wit eenvoudige licht verteerbare filosofietjes worden verkocht aan mensen die het tot hun beroep hebben gemaakt om hun hele lange leven aan andere mensen ‘leiding te geven’. Ook is er veel geld te verdienen aan het verhuren van ‘inspirerende sprekers’ en ‘dagvoorzitters’ voor congressen van mensen die hun leven op zo’n zinloze manier slijten.

Het beroepsmanagement is een plaag van onze tijd. Daar zijn inmiddels heel veel mensen het over eens, al blijkt het niet zo gemakkelijk om af te komen van deze kaste van lieden die menen dat de maatschappij een machine is die je kunt leren bedienen door aan de juiste knoppen te draaien, die moeiteloos van de ene sector naar de andere hoppen, nergens per se inhoudelijk verstand van hebben – ze hebben immers management gestudeerd – maar wel menen te weten hoe je, al dan niet Dienend, moet leiden.

Iedereen weet dat deze klasse inmiddels van alles heeft stukgemaakt in het museumwezen, in de zorg, in het onderwijs en waar niet al. Waarom je daar nog meer mensen toe zou willen aanzetten, is mij een raadsel.

Ooit werd iemand leider omdat hij een inhoudelijk idee had, begreep waar het heen moest, en daar andere mensen mee naartoe wilde nemen; niet omdat het zijn beroep was ‘leider te zijn’. Maar inmiddels is dat een achterhaald standpunt. Zodat er nu dus zonder ironie hoogleraren Personeelszaken – het Nederlandse woord voor Human Resource Management – Leiden worden binnengehaald om alumni te verlichten.

Ja, ik begrijp ook wel waarom dat gebeurt. De universiteit heeft belang bij het aanhalen van de banden met bepaalde alumni: niet diegenen die nu een paar uur in de week maatschappijleer geven in Almelo of zich de rest van hun leven willen verdiepen in onze koloniale geschiedenis, maar degenen die het zogezegd ‘hebben gemaakt’ doordat ze met een hoog salaris meehelpen aan de ontwrichting van allerlei sectoren van de samenleving.

Het is treurig, maar gelukkig hoeft niemand verplicht naar de bijeenkomst met de professor in de Personeelszaken toe. De zomer komt eraan: vergeet dat malle leiderschap! Lees poëzie en Spinoza!

Marc van Oostendorp is hoogleraar fonologische microvariatie