Nieuws
'Bepaalde groepen hebben hulp nodig'
Het college van bestuur overweegt een summerschool te starten voor eerstejaars zonder studerende ouders. Dat bleek maandag tijdens de vergadering van de universiteitsraad.
woensdag 1 april 2015

Vorige week klonk er kritiek in de raad op het feit dat in de studiekeuzecheck werd gevraagd naar de opleiding van de ouders van scholieren. Een aantal leden wilde af van die vraag vanwege het risico dat die informatie zou worden gebruikt voor selectie aan de poort.

Simone Buitendijk was ‘geschrokken’ van de argwaan van de raad jegens de studiekeuzecheck, bleek maandag tijdens de overlegvergadering. Volgens haar was er echter geen enkele sprake van dat de vragenlijst wordt gebruikt voor selectie.

Mark Bakker van studentenpartij BeP wilde graag duidelijkheid van het college over de vragen over de studiekeuzecheck: ‘Wat is nu het doel van de vragenlijst? En wie krijgt die ingewonnen informatie?’

‘Er zijn drie doelen’, legde Buitendijk uit. ‘Het is een matchingsinstrument. Dat moet de universiteit doen van het ministerie van Onderwijs. Er zijn vragen bij die scholieren nog eens laten nadenken over hun studiekeuze. We dachten als we deze lijst hebben dan is het ook verstandig om informatie in te winnen waar studieadviseurs iets aan hebben. De antwoorden op bepaalde vragen, kunnen dienen als predictoren van studiesucces. Het derde doel is het aanleggen van een database. We willen in de loop van de tijden groepen studenten volgen. De gegevens zijn geanonimiseerd. We willen weten welke factoren bepalend zijn in succesvol studeren.’

Fenna Poletiek van de personeelspartij AbvaKabo noemde vorige week tijdens de raadsvergadering de vraag naar de opleiding van de ouders ‘gevaarlijk.’ Volgens haar is het ook niet nodig om de gevoelige vraag in de lijst op te nemen. ‘Er is geen reden om de matching te koppelen aan die twee andere doelstellingen. Stel vragen over ouders als de student al binnen is en wellicht studieproblemen heeft. Deze vragenlijst schept alleen maar verwarring en een student kan zelfs het gevoel bekruipen dat het voor selectie kan worden gebruikt. Dan gaan ze wellicht de lijst niet eerlijk invullen.’

Buitendijk liet weten niet te begrijpen wat er nu zo gevaarlijk aan de vraag over het opleidingsniveau van ouders is.

‘Het gevaar is dat het niet alleen matching aan de poort wordt maar ook selectie aan de poort. Dat is een risico’, legde Marc Hogenhuis van studentenpartij LVS uit.

Buitendijk werd duidelijk getriggerd door de opmerking. ‘Ik ben heel bezorgd over wat de raad vindt van deze vraag. En dan druk ik me nog heel zacht uit. Ik vind het heel raar dat de suggestie wordt gewekt dat deze informatie als selectie-instrument wordt gebruikt. De raad weet dat we juist heel veel doen om studenten te helpen en het studiesucces te vergroten. Ik ben geschrokken van de suggestie dat wij vragen naar de opleiding van ouders om studenten buiten de deur te houden. We gaan natuurlijk ook niet jongens weigeren omdat we allemaal weten dat die minder succesvol studeren dan meisjes. Bepaalde groepen hebben meer hulp nodig. Het is juist een risico als we dat niet doen.’

Uit onderzoek blijkt dat studie-uitval onder eerstegeneratiestudenten hoger is dan bij studenten van wie de ouders wel hebben gestudeerd, aldus Buitendijk. De kloof tussen studenten die uit een gezin komen waar de ouders wel hebben gestudeerd en studenten wier ouders niet hebben gestudeerd wordt volgens haar steeds groter. ‘Dat heeft te maken met bekendheid met studeren, en weten hoe je je moet gedragen. We zijn aan het nadenken over een summerschool voor studenten die deze achtergrond niet hebben. We kunnen ze helpen maar dan moeten we wel weten wie het zijn. Het is juist een heel mooie manier om studenten te kunnen helpen.’

De raad wil in ieder geval dat het college garandeert dat informatie uit de studiekeuzecheck niet voor selectie wordt gebruikt. Een aantal raadsleden ziet de gewraakte vraag liever helemaal verdwijnen. De gehele raad wil dat scholieren die de check invullen, heel duidelijk wordt gemaakt waar hun gegevens voor worden gebruikt en dat ze ook de kans krijgen om aan te geven dat bepaalde dat niet gebruikt mag worden.