Wetenschap
Protoster - Grote broer - Bruin vet
woensdag 11 maart 2015

Protoster

Jonge sterren vormen zich uit ruimtestof en -gas. Dat klontert langzaam samen, en als de klont eenmaal groot genoeg is, gaat de ster ‘aan’. Dat samenklonteren werkt echter niet zoals je zou denken. Om in honderdduizend jaar een ster ter grootte van de zon samen te klitten, moet er elk jaar één honderdduizendste van de massa van de zon bij komen. Als het op die manier ging, zou er echter tien keer zoveel meer licht bij vrijkomen dan sterrenkundigen in werkelijkheid zien.

Wellicht groeit een babyster net als een babymens niet geleidelijk, maar met spurten. Dan zou je door je sterrenkijker een ster moeten zien die meestal normaal licht geeft, en dan ineens veel helderder wordt. Dat is precies wat een internationale groep sterrenkundigen, met Leidenaar John Tobin erin, heeft gezien bij HOPS 383, een protoster in het sterrenbeeld Orion. Ze beschrijven hun waarnemingen in de Astrophysical Journal Letters.

HOPS 383 begon in 2004 steeds helderder te worden, en in 2008 was de helderheid in sommige golflengten met een factor 35 toegenomen. Daarna nam de helderheid weer af, maar in 2012 was de protoster helderder dan ooit. Astronomen hadden wel eerder zulke helderheidstoenames gezien bij jonge sterren, maar nog nooit bij de soort waar HOPS 383 toe behoort, de zogeheten klasse 0-objecten.

Grote broer

Peuters met een oudere broer of zus zijn socialer en gehoorzamer dan de oudste kinderen dat waren op hun leeftijd. Promovenda Sheila van Berkel onderzocht 390 gezinnen met twee kinderen, en vergeleek hoe de oudste presteerde op driejarige leeftijd met de prestaties van de jongste, een paar jaar later. Ze kwam bij de gezinnen langs om filmpjes te maken, en liet de ouders een vragenlijst invullen. Het is niet helemaal duidelijk waar het verschil tussen oudste en jongste kinderen vandaan komt. Vermoedelijk is het een combinatie van twee verklaringen: de kindjes leren van hun oudere broer of zus, en de ouders hebben inmiddels meer ervaring met opvoeden. Op latere leeftijd worden de verschillen tussen de kinderen kleiner. Van Berkel promoveerde dinsdag op haar onderzoek.

Bruin vet

Vetweefsel komt, in het kort, voor in twee varianten. Het witte dat je dik maakt, en het bruine, dat je warm stookt. Baby’s en kleine knaagdieren hebben veel van dat laatste, maar ook volwassen mensen hebben het. Dat is interessant, want als je ervoor kan zorgen dat het bruine vet harder werkt of dat er meer van komt, kan je mensen laten afvallen of beter bestand maken tegen kou.

Dan zit er echter wel een addertje onder het gras. Bruin vet verbrandt vetzuren uit het bloed, maar het zou kunnen dat daardoor het cholesterolgehalte in het bloed juist stijgt. Cholesterol is het transportmiddel voor vetzuren in het bloed, en zou zich bij een verhoogde vetvraag kunnen opstapelen.

Dat lijkt echter niet het geval te zijn. In Nature Communications laat een internationaal team van onderzoekers zien dat de lever de overgebleven cholesterol snel opneemt, zodat het niet in de aderen achterblijft als verkalking. LUMC’ers Jimmy Berbée en Patrick Rensen zijn eerste en laatste auteur. Goed nieuws? Wel als je de speciale cholesterolmuis bent die voor dit onderzoek gebruikt werd. Of het aanslingeren van bruin vet voor mensen ook zo werkt, is nog steeds de vraag.

DOOR BART BRAUN