Columns & opinie
Column: In memoriam: de joggingbroek
donderdag 5 februari 2015
© Taco van der Eb

Ik denk met weemoed terug aan toen brak zijn nog betekende dat je de kater met trots droeg. In mijn eerste jaren als studentje was de joggingbroek mijn grootste vrind en alom vertegenwoordigd in de collegezalen.

Met pijn en moeite had ik mezelf uit bed gesleept voor dat ene verplichte vak en dat mocht gezien worden. De joggingbroek was het universele teken van brakheid. Het bewijs dat je de avond ervoor compleet tot het gaatje was gegaan.

Als meisje zat je mascara van gister nog tot op je wangen en je haar, stinkend naar bier, in een warrige knot. De heren trokken voor de gelegenheid een te grote hoodie uit de kast en deden vooral geen moeite om hun driedaagse stoppelbaard af te scheren. Ook in de bibliotheek was de joggingbroek een graag geziene gast. In de UB kwam je om te studeren, niet om te flaneren en zodoende had je ook een gezonde portie schijt aan je uiterlijke vertoning. Dat was het leven.

De joggingbroek is sinds enkele jaren een zeldzaamheid in het wild. Een enkele dappere dodo waagt zich nog aan dit kostuum, maar deze student zal hetzelfde lot beschoren zijn als de niet-vliegende vogel. Ongetwijfeld bezit iedere student er een, het liefst met cordiaal-, club- of dispuutsnaam er op, maar dit ondergewaardeerde kledingstuk ziet vrijwel alleen nog maar de fusie. En misschien de supermarkt, maar dan heeft ‘ie echt geluk.

Uiteraard dienen de leiders van morgen zich enigszins representatief te presenteren, maar overdrijven is ook een kunst. En dat is precies wat er gebeurd is. We zullen het maar de Leidsche sprezzatura noemen. Gianni Agnelli, de godfather van sprezzatura, zou er nog wat van kunnen leren. De oud Fiattopman stond erom bekend dat hij een enorme hoeveelheid aandacht schonk aan het er zo nonchalant mogelijk uitzien. Het scheve strikje en het horloge over de manchet leek een ongelukje, maar alles was weloverwogen.

Zo ook de huidige student. De warrige knot is nog steeds bewaard gebleven, maar elk plukje is met zorg opgestoken om zodoende een zekere nonchalante air te creëren.

De comfortabele grote sweater is vervangen door kekke jasjes en in plaats van het schoffelen op fijne vertrouwde sneakers, pijnigen de dames zichzelf met het dragen van centimeters hoge hakken. Die verlepte mascara is allang vervangen door een verse laag plamuur, want anders had je net zo goed naakt de deur uit kunnen gaan. Maar ja, de UB is dan ook om te flaneren en misschien een beetje om te studeren.

Je dient je conform de norm te kleden voordat je mag aanschuiven in de kudde. Niet dat ik mij hier nooit schuldig aan maak; het is immers zien en gezien worden. En zien, dat doe ik graag. Zeker in de gangen van het anarchistenbolwerk genaamd Lipsius, waar de alto’s de gangen sieren, is nog steeds een baken van licht te vinden dat zich kranig weert tegen de generieke kledingeisen van hun medestudenten.

Toch zullen ook zij zich nooit wagen aan het comfort van sweatstof. De joggingbroek zal slechts voor scooterpaupers en old school gabbers een volwaardige broek blijven, maar nimmer meer voor de student.

Esha Metiary is masterstudent geschiedenis