Studentenleven
?Ik kan zo naar college rollen?
woensdag 15 oktober 2014
© Taco van der Eb

Huis: Groenhazengracht 31

Bewoners: 3

Grootte: 25m2

Kost: 615 euro

Hoe ben je aan deze kamer gekomen?

‘Ik kom uit Leiden, dus ging pas in mijn derde jaar op kamers. Ik had behoefte aan een eigen plekje, niet zozeer aan een actief studentenhuis. Soms drink ik een biertje met mijn huisgenoten, maar gezelligheid maak ik verder zelf door vriendinnen uit te nodigen. Toen ik deze kamer zag, wist ik meteen dat ik hem wilde hebben.’

Ondanks de hoge huur?

‘Ik betaal best veel, maar ik zit hier ook flink te genieten. Ik heb een eigen keuken, in andere studentenhuizen denk ik toch vaak “ieuw, ieuw, ieuw”. En ik woon zo dicht bij het Lipsius dat ik naar college kan rollen. Bovendien zit ik in het centrum. Het is heerlijk om aan de gracht te wonen. ‘s Zomers gaan alle ramen open en zit ik met vriendinnen op krukjes langs het water. We drinken wijntjes en bestellen bitterballen bij De Grote Beer. Die komen ze dan gewoon brengen.’

Heb je veel aan je kamer moeten doen?

‘Nee, de muren waren al wit en ik kon een paar kasten overnemen. Ik kon zelfs een bed overnemen, maar daar hadden zelfs Jip en Janneke niet in willen slapen. De Ikea-mannetjes hebben mijn nieuwe hoogslaper in elkaar gezet. Mijn kamer bestaat uit veel verschillende hoekjes. En verstophoekjes, waar ik van alles onder kan mikken.’

Je hebt nogal veel spullen. Wat verzamel je allemaal?

‘Ik verzamel dierenmutsen, baretjes uit Frankrijk, thee, kettingen en boeken. Het merendeel van mijn boeken staat bij mijn ouders. Daar heb ik geen ruimte voor. In totaal heb ik veertig Harry Potter-boeken: in het Nederlands, Engels, Duits en Frans, en een paar in het Italiaans en het Spaans. Die begrijp ik wel, omdat ik weet waar het verhaal over gaat. Ik volg nu twee taalvakken Russisch, dus over twee jaar hoop ik ze ook in het Russisch te kunnen lezen.’

Wat voor een soort boeken staan er nog wel?

‘Na de jaarlijkse boekenverkoop van Gibalaux, de studievereniging van Frans, kom ik meestal met een paar volle tassen thuis. Zo heb ik een boeken over Edith Piaf, Franse kathedralen, argot – Frans voor slang, straattaal. Een heel grappig erotisch woordenboek werd net voor mijn neus weggegrist. Daarin stonden allemaal synoniemen, bijvoorbeeld “rozenknopjes” voor tepels. Ik heb ook een Frans boek genaamd “Liefdesrecepten van een heks”. Daarin staan recepten zoals “Hoe wordt hij fan van je” en “Hoe laat je de vlam weer oplaaien”.’

Met welk voorwerp ben je het meest blij?

‘Dat is toch mijn digitale piano. Ik heb naast mijn studie een minor aan het conservatorium gedaan en zit bij Sempre Crescendo. Ook begeleid ik vaak muziekvriendinnen. Meestal speel ik met een koptelefoon op. Maar toen ik laatst met iemand samen oefende, regende het meteen whatsappjes op de huisgroep. “Dat klinkt goed, je mag vaker spelen.”’

Door Petra Meijer

Vorige kamervragen: 'Weg met dat meidengedoe'