Achtergrond
Van creatieve chaos tot product
Van levende badmatten en hondenspeelgoed tot WK-apps: de universiteit probeert student-ondernemers een opkontje te geven. In de ‘Universiteit Leiden Vrijplaats’ worden ze gestimuleerd om innovatieve bedrijven op te richten.
Bart Braun
woensdag 4 juni 2014
© Marc de Haan

Kippen leggen eieren, maar hanen niet. Dat is een ernstige tekortkoming, die ze al jong met de dood moeten bekopen. Op de dag dat de kuikentjes uit het ei komen, worden de mannetjes gescheiden van de vrouwtjes. De vrouwtjes worden legkip, en de mannetjes worden gedood en vermalen tot veevoer. In totaal gaat het om 45 miljoen eendagshaantjes per jaar.

Dit is niet de best denkbare situatie. Niet voor de haantjes, uiteraard. Niet voor dierenbeschermers, want die vinden dat zielig. Niet voor de boer, want die broedt voor zo goed als niks de haneneieren uit. Die extra kosten berekent hij door aan de eieren kopende consument en zo is uiteindelijk vrijwel iedereen wel betrokken bij het probleem.

Het zou beter zijn als je al aan een bevrucht ei kon meten of er later een jongetjes- of een meisjeskip uit komt. Het Leidse biobedrijfje In Ovo heeft een technologie waarmee dat kan. Vorige week kreeg het een subsidie van het Ministerie van Economische Zaken om samen met de Universiteit Leiden te onderzoeken of het ook kan op een schaal van miljoenen haantjes en krappe winstmarges.

Nou zit het BioSciencepark van Leiden vol met allerlei biotechbedrijfjes. Een gedeelte daarvan is zelfs ooit als universitaire spin-off ontstaan, maar In Ovo is bijzonder omdat het indertijd is opgericht door studenten. Het komt maar zelden voor dat studenten een innovatief bedrijf opzetten.

‘Willem te Beest, de vice-voorzitter van de Universiteit Leiden, vroeg mij waarom het zo weinig gebeurt’, vertelt Wouter Bruins, een van de In Ovo-oprichters. ‘En ook: “Hoe komen er meer?” Dat weet eigenlijk niemand. Je mist een plaats waar je support krijgt, en advies kan vragen.’

De universiteit stelde een ruimte beschikbaar, en wat geld voor bier en pizza. Om de paar weken is er een bijeenkomst, waar een spreker tips geeft, of vertelt over zijn of haar eigen onderneming. ‘We hebben als naam Vrijplaats gekozen. Er bleek later ook al een krakersclub in Leiden te zijn die zo heet, inderdaad. Niemand weet precies wat er nodig is, maar we weten al beter wat de studenten willen.’

‘We vragen studenten: kom erbij. Wat heb je nodig? Ik ben ervan overtuigd dat als je maar genoeg creatieve chaos hebt, er vanzelf iets uitkomt. En we kunnen helpen met praktische dingen. Een biologiestudent hier had een plan voor een levende badmat, met varens erin. Hij had contact gezocht met Naturalis, want daar loopt een varenexpert rond. Hij kreeg te horen dat dat 147 euro per uur kost. Dat had ‘ie natuurlijk niet. Daar is hulp bij nodig, dus toen heb ik ze gebeld en uitgelegd hoe het zit. Misschien veroorzaken dit soort dingen wel waarom er zo weinig successen zijn.’

Donderdag 19 juni wordt de Universiteit Leiden Vrijplaats officieel aan de buitenwereld voorgesteld in de Hortus Botanicus. De deelnemende studenten zullen zich daar ook presenteren. Mare geeft alvast een voorproefje.

Interactief honden­speelgoed

Wie: Annika Geurtsen

(media-technologie)

Product: Interactief honden­speelgoed

Wat? ‘Veel honden hebben stress als ze alleen thuis zijn. Soms gaan ze zelfs blaffen of dingen vernielen. Het dier is dan te afhankelijk van het menselijke baasje, maar dat moet op te lossen zijn. Met mijn eigen hond, Gino, speel ik soms een verstopspelletje. Mijn idee is een interactief spel voor honden. Het bestaat uit een aantal speeltjes die het baasje mag verstoppen, en die de hond dan één voor één moet vinden. Als hij de laatste heeft gevonden, krijgt hij een beloning en moet hij ze in een andere volgorde gaan zoeken. Of dat niet heel snel saai wordt? Telkens een bal ophalen lijkt honden ook niet gauw te vervelen. Het moet ook niet zo zijn dat je dit ding koopt en dan vaker van huis kan gaan: het voor de hond, niet voor het baasje.’

Waar staat het nu? ‘Nergens. Het is een idee dat wellicht wat kan worden. Eerst wil ik eens met wat honden uittesten of het wel werkt. Als uit dat onderzoek vervolgens komt dat het voor een hond niks uitmaakt, is het goed dat ik niet al te veel moeite in het zakelijke gedeelte heb gestoken.’

En de Vrijplaats? ‘Tegen de tijd dat ik echt de markt op wil, kan ik daar vragen hoe ik dat het beste kan aanpakken. Ze merkten al op dat het idee moeilijk patenteerbaar is, maar dat is iets waar ik nu nog niet mee bezig zijn.

‘Ik wil ook gewoon kunnen publiceren als er iets uit mijn onderzoek komt, zonder dat eventuele patentplannen daarbij in de weg zitten. Het liefst zou ik dit onderzoeken, een prototype bouwen, en dat doorsluizen aan een fabrikant van dierenspeeltjes, zodat ik weer aan het volgende project kan beginnen.

Wat voor project? Meer met dier-computer-interactie. Een online rollenspel voor honden, bijvoorbeeld, dat de sociale structuur van een roedel simuleert. Of iets dat dierentuindieren kan vermaken. Sluit iemand op in een cel, en hij zit opgesloten. Sluit iemand op en geef hem internet, dan is het al minder erg. Misschien kan zoiets voor dieren ook, ooit.’

Ouderen-jongeren­contactbureau

Wie: Kasper Richmond (criminologie)

Product: Contact. Geen koffieleverancier

Wat: ‘Er zijn veel ouderen die maar weinig mensen zien. Er zijn vrijwilligersorganisaties die daar wat aan proberen te doen, maar vrijwilligers zijn er nooit genoeg. Mijn bedrijf probeert ouderen en studenten aan elkaar te koppelen, zodat ze samen dingen gaan doen die ze allebei leuk vinden. Dat kan een kopje koffie zijn, maar bijvoorbeeld ook wandelen of vissen.

‘Mijn missie is om ouderen en jongeren bij elkaar te brengen. De ouderen betalen mij, en ik betaal de studenten. Nu denk ik aan een uurtarief van vijftien euro; hopelijk kan dat nog iets omlaag, maar echt supergoedkoop kan niet. Ouderen doen niet altijd evenveel met hun geld, en studenten hebben geen geld. Daar hoef je niet per se moeilijk over te doen. Sterker nog: het bestaat nu ook al in verkapte vorm, met de thuiszorg of de schoonmaker. Het blijft wat cru om te betalen voor gezelschap, maar als het gratis kon, was het al gebeurd.

‘Zelf wil ik ook een relatie ontwikkelen met de ouderen, zodat ik een betere match kan maken, maar ook omdat ik het aanspreekpunt ben als er wat misgaat. Als het contact zich vervolgens ontwikkelt tot een echte vriendschap, en er niet meer betaald wordt? Dan is wat mij betreft de missie geslaagd.’

Waar staat het nu? ‘Dit jaar gaan we zien of het werkt. We hebben nu foto’s gemaakt voor op de flyers. Die wil ik bij huisartsen en serviceflats gaan leggen. Voorlopig werk ik alleen met studenten, want die ken ik, maar misschien dat ik het later uitbreid. Het zou heel leuk zijn als ik er uiteindelijk fulltime mee bezig zou kunnen zijn.’

Een levende badmat

Wie: Robbert Zuyderwijk (biologie)

Bedrijfsnaam: Arensva

Product: Een levende badmat

Wat: ‘Op internet ging een plaatje rond van een mat van levende mossen. Ik wilde hem kopen, maar dat bleek niet te kunnen omdat het alleen een concept was. Dan wil ik het zelf wel maken, al zal er nog wat onderzoek aan te pas komen voordat ik weet hoe dat het beste moet. De afgelopen maand heb ik de eerste proeven gestart, in mijn eigen badkamer.

‘Het grote probleem is de drainage. Je kan je planten niet in grond laten groeien, want dan krijgen mensen modder in hun badkamer. Het is ook zoeken naar de juiste plantensoort: voor de eerste versie had ik gewoon wat mos uit de grond getrokken in het park, maar dat werkte niet. Wellicht kom ik op een soort varens uit, maar ook dat is nog niet duidelijk. De techniek die ik voor ogen heb, moet voorkomen dat je de planten vertrapt. Hoe dat werkt? Dat is nog even bedrijfsgeheim.

‘Waar we ook nog mee zitten is de groeisnelheid. Als je na een maand douchen op een kale mat staat, is dat zonde. Maar als je na een vakantie thuiskomt en je badmat is twee meter hoog, ben je ook niet tevreden.

En die Vrijplaats? ‘Wouter had een varendeskundige van Naturalis geregeld. Niet dat ik daarmee klaar was: die man weet heel goed hoe alles heet, maar niet hoe makkelijk je ze kan kweken of hoe goed ze bestand zijn tegen lopen.’

Waar staat het nu? ‘Ik verwacht de komende maanden een prototype te bouwen. Voor mensen die gemotiveerd zijn – en die het niet erg vinden om hun badmat te onderhouden – zou hij er in augustus al kunnen zijn.’

Apps en websites

Wie: Bas van Stein (rechts) en Tom Groentjes (informatica)

Bedrijfsnaam: Vansteinengroentjes.nl

Product: Apps en websites

Wat? ‘Wij hebben de touchscreens voor bezoekers in het Lipsius gemaakt, en zijn nu bezig met een website voor de opleiding Japans, die studenten moet helpen om Hiragana en Katakana te leren.We doen alles, voor alle platforms, maar we zijn gespecialiseerd in Android. We hebben een whisky-app die zo’n 16.000 keer gedownload is. De app zelf is gratis, maar als je via de applicatie een fles koopt, krijgen wij een klein percentage van de verkoopprijs. Sinds dinsdag staat onze WK-app in de Playstore, waarmee mensen samen met hun Facebookvrienden een pooltje kunnen maken voor het wereldkampioenschap voetbal. Kortom: we doen werk in opdracht, en van het geld dat dat oplevert maken we de dingen die we leuk vinden. Als er een echte klapper uit de apps komt, gaan we nog meer eigen dingen doen. We hebben nog ideeën voor spelletjes, en de whisky-app kan misschien uitgebreid worden met een prijsvergelijking.’

Waar staat het nu? ‘Bas is aan het promoveren, maar we hebben veel werk. Soms nemen we mensen aan voor bepaalde klussen. Als ik ben afgestudeerd, wil ik verder met dit bedrijf. Als je eenmaal geproefd hebt van de vrijheid van het ondernemerschap, is het lastig dat weer af te staan.’

En de Vrijplaats? ‘De organisatie had ons erbij gevraagd, juist omdat we wat verder zijn en als voorbeeld voor de rest kunnen dienen. Nu blijven we erin omdat het een leuk klankbord is voor onze ideeën, en omdat ze tips kunnen geven over bedrijfsvoering – het aannemen van personeel, bijvoorbeeld. En het is er gezellig, natuurlijk.’