Nieuws
'Allah mag w
Vorige week meldde Mare dat een promovendus uit Jemen zijn proefschrift moest laten herdrukken, omdat hij Allah in het voorwoord had bedankt. Dat had niet gehoeven, zegt de universiteitswoordvoerder nu.
donderdag 10 april 2014

Hoe zit het nu met de regels van het bedanken? De eerste plaats om te kijken is het Promotiereglement van de Universiteit Leiden. Artikel 16, lid 4 stelt: ‘In het voor- en/of nawoord kunnen zij die op enigerlei wijze betrokken zijn geweest bij de beoordeling van het schrift worden bedankt zoals gangbaar in de acknowledgements in de internationale wetenschappelijke literatuur.’

In die literatuur is het danken van opperwezens, levenspartners, huisdieren en jaarclubs niet gangbaar. Het bedanken van je promotor – volgens sommigen verboden volgens de Leidse mores – is dan weer wel toegestaan.

De soep wordt echter niet zo heet gegeten als hij wordt opgediend, verduidelijkt universiteitswoordvoerder Caroline van Overbeeke. ‘We vinden het wel goed als mensen willen bedanken. Dat mag ook een opperwezen zijn. Zolang het maar niet in het wetenschappelijke gedeelte van de tekst komt, maar dat is het dankwoord ook niet.’ Dat de promovendus in de nieuwe druk van zijn proefschrift Allah bedankte op een los bijgevoegd blaadje had dus niet gehoeven, stelt ze. ‘Daar is iets te voortvarend gehandeld.’

Wel blijft ‘enige terughoudendheid’ geboden, aldus Van Overbeeke. ‘Heel veel bladzijden, of iets dat we buitenissig vinden, is niet de bedoeling. Promovendi zijn volwassen mensen, die heel goed hun eigen afweging kunnen en mogen maken.’ Mocht een decaan twijfelen of iets terughoudend genoeg is, dan gaat het proefschrift naar de rector magnificus himself. ‘Die neemt dan een afgewogen besluit hierover.’

Het huidige promotiereglement stamt uit 2008, en gaat wellicht op de schop, met name omdat er tegenwoordig wat meer over wetenschappelijke integriteit nagedacht wordt. Wellicht dat de formuleringen over bedanken dan ook mee worden genomen, aldus Van Overbeeke. ‘Maar daar kan ik nu inhoudelijk nog niets over zeggen.’ BB