Achtergrond
Iedereen wil met je op de foto
Jaarlijks vindt er onder studenten van de opleiding China Studies een kleine volksverhuizing plaats. In het derde jaar van hun bachelor vertrekken de meesten voor een jaar naar China of Taiwan. Mare ging op bezoek in Taipei. ‘Mijn moeder kan nog steeds niet Skypen.’
Petra Meijer
donderdag 21 november 2013

‘Hier woon ik dus’, zegt Marit Haighton (24, National Taiwan Normal University) terwijl ze de deur naar haar slaapzaal opent. De kamer heeft het formaat van een gemiddelde studentenkamer, maar bevat vier smalle hoogslapers met onder elk bed een piepklein bureautje. ‘Het was wel even wennen. Je hebt totaal geen privacy en bent geen moment alleen.’ Maar, zo vervolgt ze optimistisch, ‘mijn Koreaanse kamergenootjes zijn de allerliefsten en we spreken van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat Chinees.’

‘Ik ben toch wel blij dat ik een eigen appartementje heb’, zegt Sarah Somayah Grasdijk (23, National Chengchi University). ‘Ik was bang dat ik op de dorm te veel met buitenlanders zou omgaan. Nu deel ik mijn woning met twee oudere Taiwanezen, en mijn Taiwanese huisbaas neemt me overal mee naar toe.’ Ook Niels Renard (23, National Taiwan Normal University) heeft een eigen appartement geregeld. ‘Dat is dan wel iets duurder, maar het is toch fijn om af en toe de deur achter je dicht te kunnen doen. Omdat ik veel sport, vind ik het ook prettig om zelf te kunnen koken.’

Hoewel de studenten pas drie maanden in Taiwan zijn, voelen ze zich al helemaal thuis. Grasdijk: ‘Taiwanezen zijn open en bereikbaar. Ze zijn altijd bereid om je te helpen en zijn nieuwsgierig op een vriendelijke manier.’ Haighton: ‘In China word je continu aangestaard en wil iedereen met je op de foto. Dat is even goed voor je ego, maar blijft geen jaar lang leuk. Hier voel je je echt op je gemak.’

Volgens Renard is het ook gemakkelijk om buiten de schoolbanken met Taiwanezen in contact te komen. ‘Binnen de universiteit bestaat voor werkelijk alles een club. Zo is er een koffieclub, een anime-club en zelfs een mondharmonicaclub.’

Grasdijk doet aan fitness en zit als enige buitenlander in een Taiwanees basketbalteam. Haighton doet aan stijldansen. ‘Het is soms best lastig om de snelle aanwijzingen in het Chinees te volgen. Ik ben eerst maar eens begonnen met het leren van de Chinese woorden voor alle lichaamsdelen.’

Renard sport vier keer in de week en speelt synthesizer in de metalband van een Taiwanese vriend. ‘We hebben hier geen gebrek aan leuke dingen, hooguit aan tijd. Ik had in Nederland nooit voorzien dat ik het hier zo druk zou hebben.’

Natuurlijk missen ze hun familie af en toe. ‘Het is lastig om weinig contact te hebben met thuis. Mijn moeder heeft bijvoorbeeld nog steeds haar Skype niet aangekregen. Gelukkig begrijpt ze nu hoe Whatsapp werkt’, zegt Haighton. Ook Renard mist zijn vrienden en familie af en toe. ‘Maar mijn verblijf in Taipei maakt mijn relatie alleen maar makkelijker. Mijn vriendin woont in Tokyo, dus de vliegtickets zijn vanaf hier een stuk goedkoper.’

Maar niet iedereen is bestand tegen de lange afstanden, weten Grasdijk en Haighton. ‘In de aanloop naar ons buitenlandjaar zijn er al wel wat relaties gesneuveld. En er komt elk jaar wel iemand lesbisch terug.’ Terwijl het buiten donker wordt, nemen de meiden de metro naar de Shilin Night Market. Haighton: ‘In Nederland is er ’s avonds na zes uur niets meer op straat te beleven. Hier blijft alles veel langer open.’

De straten rond de Shilin Night Market zijn inderdaad volgepakt met mensen. Kleine winkels verkopen een veelvoud aan producten die soms niet meer dan een hoge schattigheidsfactor met elkaar gemeen hebben. De gele badeend is razend populair en overal zijn de gele Minions uit de film Despicable me te vinden. De moderne cycloop staart je aan vanaf tassen, truien, sokken, pyjama’s en beddengoed.

‘Het is hier heel normaal om als veertigjarige met een Hello Kitty-telefoon vol glitters rond te lopen’, zegt Grasdijk. ‘Dat vind ik ook zo leuk aan Taiwan. Je vindt er naast invloeden uit het Westen en het oude China ook invloeden uit Japan.’

Het is nog behoorlijk lastig om van de kraampjes met prullaria naar de kraampjes met eten te komen, de mensenmassa geeft niet mee. ‘Ik heb zin in zhu xue gao’, zegt Grasdijk, terwijl ze de eetstalletjes van de foodcourt afspeurt. Eerder noemde ze zichzelf een ‘avontuurlijke eter’. Haighton trekt een vies gezicht. ‘Cake van varkensbloed op een lollystokje’, legt ze uit. Even later bestelt Grasdijk zonder blikken of blozen stinky tofu. Haighton houdt het bij gefrituurde zoete aardappel en geroosterde vleesrolletjes gevuld met paddenstoelen.

‘Zo scharrelen we regelmatig ons avondeten bij elkaar. De drukte went.’ Of ze dingen missen uit Nederland? Haighton hoeft niet lang na te denken: ‘Een ongezoete bruine boterham met kaas.’ Grasdijk: ‘De pepernoten worden opgestuurd.’

Ook een jaar in het buitenland studeren? Op de site van het Nuffic staat meer over de mogelijkheden.