Studentenleven
Clubje: 'We wonen in Mondriaans huis'
donderdag 12 september 2013
© Jan van den Brink

Margriet Slippens (23, master kunstgeschiedenis, rechts op de foto): ‘Ik kende Anne wel van de master kunstgeschiedenis, maar eigenlijk alleen van naam en gezicht. We reageerden beiden op een stageplaats waarbij je zou leren om een museum te beheren. Ineens waren we duo-directeur’

Anne Kremers (24, master kunstgeschiedenis): ‘Vier maanden geleden namen we onze intrek op de zolder van de oude ambtswoning waar Mondriaan opgroeide. Op zijn twintigste vertrok hij naar de Rijksacademie in Amsterdam, maar ‘s zomers kwam hij vaak terug om te schilderen. Het is heel bijzonder: in het huis waar wij nu wonen, zette hij zijn eerste voetstappen op het kunstenaarspad.’

Margriet: ‘Toen we hier aankwamen liepen er veertig bouwvakkers door het pand. Er moest nog ontzettend veel gebeuren. Een paar dagen later kwam het kunsttransport met alle schilderijen. Een week later was de opening door prinses Beatrix.’

Anne: ‘Een Mondriaan gooi je niet even op de achterbank. De kunstwerken worden vervoerd in geklimatiseerde koffers, de zogeheten turtles.’

Margriet: ‘Bij Mondriaan denken de meeste mensen aan de Victory Boogie Woogie. Hier hangt veel van zijn vroegere werk. Zijn stijl is dan nog niet zo eenduidig en meestal ook veel realistischer. Je ziet dat hij ook echt goed kan tekenen. Daardoor heb ik ook wel meer waardering gekregen voor zijn latere werk.’

Anne: ‘De werkzaamheden zijn heel divers.’

Margriet: ‘Een museum runnen gaat niet met een negen-tot-vijfmentaliteit, maar je krijgt er veel voor terug. In het museum is geen dag hetzelfde.’

Anne: ‘Als je bij grote musea stage loopt, kom je meestal op één afdeling terecht: marketing, educatie of financiën. Wij mogen van al die dingen proeven.’

Margriet: ‘We maken altijd leuke dingen mee. Zo komen mensen hier regelmatig naar toe met hun Mondriaans.’

Anne: ‘Maar wij zijn geen Mondriaan-kenners, we zijn meer een soort kunstmanagers. Gelukkig hebben we boven een boek met een groot deel van zijn oeuvre. We laten de mensen wat rondkijken en zoeken het werk ondertussen op in het boek.’

Margriet: ‘Soms zie je meteen dat het geen echte is.’

Anne: ‘Of ze komen met een schets van zijn oom Frits Mondriaan. Ze denken wel eens iets heel bijzonders te hebben, terwijl de schetsen van Frits Mondriaan voor een paar tientjes op Marktplaats staan. Het is wel lastig om ze dan teleur te moeten stellen.’

Margriet: ‘Onze stage zit er inmiddels op en Anne is zelfs voor twee jaar aangenomen als directeur. Ik wil graag taxateur worden, voor mij was het werk in het museum meer een leerzaam uitstapje.’

Anne: ‘Binnenkort komen er weer twee stagevacatures vrij. Volgend jaar openen we een nieuwe tentoonstelling en we willen het educatieprogramma verder opzetten. De nieuwe stagiairs mogen dan in het huis van Mondriaan wonen. Ze moeten meemaken hoe bijzonder dat is. Als ik ’s ochtends wakker word, ga ik meestal eerst de zalen openen en de schilderijen begroeten. Het is toch fijn dat ze er elke ochtend nog zijn.’

Door Petra Meijer