Studentenleven
Het Clubje: ?De vorige kok bakte enkel patat?
Sebastiaan van Loosbroek
donderdag 24 januari 2013
© Marc de Haan

Bruno Rutgers (43, kok van Quintus): ‘Deze week vier ik mijn eerste lustrum. Speciaal daarvoor heb ik een lustrummenu samengesteld. Eind 2007 ben ik hier begonnen en op mijn eerste werkdag werd ik meteen in het diepe gegooid, want ik moest het kerstdiner voorbereiden.’

Carlo van Haasteren (23, bestuurslid Quintus): ‘Op het kerstdiner zijn er altijd veel eters. Dat is één grote chaos. Dit jaar hebben de leden zich goed gedragen. Er werd wel wat met eten gegooid en er zijn wat borden gesneuveld.’

Bruno: ‘Afgelopen kerstdiner liep op rolletjes. De leden waren enthousiast, in de keuken ging het goed. Ik ben tot een uur of drie gebleven. Een vriend van mij, die me in de keuken had geholpen, is op de terugweg drie keer van zijn fiets gevallen. Zelf was ik trouwens ook aardig beschonken.’

Carlo: ‘De Explocie staat voor Exploitatiecommissie. Die bestaat uit tweede- en derdejaars die helpen in de keuken en de sjaarzen aansturen. Zij beginnen om vijf uur. Om zes uur komen de eerste gasten. De een helpt de sjaarzen met borden opscheppen, de ander helpt in de bediening. De derde blijft in de keuken om Bruno te helpen.’

Bruno: ‘Ik begin om half twee ’s middags. Op maandag tot en met donderdag werk ik dan tot acht uur. Op vrijdag maak ik de bestellingen en regel ik de inkoop.’

Isabelle van der Sanden (22, rechten): ‘Bruno is héél chill. Het is heel leuk om met hem te werken. Soms is hij wel een beetje streng, bijvoorbeeld als het druk wordt in het restaurant en de sjaarzen inkakken.’

Bruno: ‘Vandaag begon het heel stressvol want de bestelling van de slager was niet doorgekomen. Nelly, de voorganger van Carlo, is toen naar de Sligro gereden om nog alle producten in te kopen. Uiteindelijk is alles toch weer op z’n pootjes terechtgekomen.’

Renske Verhoeff (20, rechten): ‘Bruno blijft altijd rustig. Bovendien is hij een heel open persoon die graag vertelt over zijn gezin. Hij kan met iedereen goed opschieten. Dat merk je als mensen langs de keuken naar het restaurant lopen: 80 procent van de mensen groet hem.’

Bruno: ‘Dat vind ik ook zo leuk aan het werken op een studentenvereniging. Hiervoor werkte ik als kok in het LUMC. Ook heb ik in Corona in Den Haag gewerkt, een sterrenrestaurant. Maar dit vind ik leuker; ik ben eigen baas en werk met jonge, enthousiaste mensen. Dat houdt mij ook jong!’

Renske: ‘Voor onszelf is het ook een goede ervaring. Je leert leidinggeven aan de eerstejaars en je doet horeca-ervaring op.’

Carlo: ‘En we gaan een keer per jaar op weekend met de commissie. Overdag doen we dan een activiteit. ’s Avonds doen we spelletjes en af en toe een drankspelletje.’

Bruno: ‘De vorige kok stond de boel maar te vernachelen en alleen patat te bakken. Die Quinten houden nou eenmaal erg van frietjes, hè. Ik maak liever eendenborstfilet. Dat is mijn specialisatie. Of tagliatelle met tonijn en gamba’s. Maar dat gerecht zet ik niet zo vaak op het menu want het is vrij kostbaar.’ (Breekt een bord) ‘Scherven brengen geluk!’