Studentenleven
Hij schreeuwde: 'Ik steek je neer!'
Acht studenten uit Minerva-huis Breeveertien grepen een inbreker in de kraag. ‘Hij had een gewelddadig verleden, volgens de politie.’
Dirk-Jan Zom
woensdag 18 januari 2012
© Door Taco van der Eb

Het is vrijdagavond 6 januari, etenstijd in studentenhuis Breeveertien, aan de Breestraat. Aan tafel in de fusie zien de huisgenoten door het kattenluikje in de deur naar de gang plotseling de schoenen van iemand. Simon Petiet: ‘Ik dacht eerst dat het de onderhuurder was.’ Huisoudste Gert-Jan van Gendt roept nietsvermoedend naar de gang, opent de deur en ziet een wildvreemde man staan. ‘Het is heel raar als je ineens een lange man die je niet kent in je huis ziet.’ Huisgenoot Maarten Abe Nijenhuis: ‘Hij was groot, had bruin krullend haar en handen als kolenschoppen.’

De man zegt dat hij van een vriend boven komt. Michiel van der Bas: ‘We wisten dat het niet klopte. Hier kent iedereen elkaar door en door. En we weten ook wie elkaars vrienden zijn.’ Van Gendt: ‘Dan probeer je hem hier te houden terwijl iemand anders de politie belt. Maar dan wil hij wel weg.’

De inbreker stond inmiddels al in het halletje bij de achterdeur. Van der Bas loopt snel met twee anderen de voordeur uit. Ze willen via de Kabeljauwsteeg naar de achterkant van het huis, om de inbreker in te sluiten. Maar in de Kabeljauwsteeg zien ze de man al, hij maakt direct rechtsomkeert. Met twee huisgenoten zetten ze de achtervolging in, drie anderen kijken in het huis of daar misschien een handlanger is achtergebleven.

‘We zagen hem Kort Rapenburg oprennen’, zegt Petiet. De man heeft wel zo’n honderd meter voorsprong en is sneller. Petiet: ‘We begonnen uitgeput te raken, we hadden net gegeten.’ Plots slaat de inbreker af. Om de hoek zien ze hem staan, hij wil ergens gaan schuilen. Van der Bas: ‘Hij dacht kennelijk dat ie ons afgeschud had.’

De studenten proberen hem met z’n vijven tegen de grond te krijgen. In zijn hand heeft hij een bierflesje uit het studentenhuis. Van der Bas: ‘Dat probeerde hij stuk te slaan tegen de muur. Maarten pakte het uit zijn hand.’ Van Gendt: ‘Eenmaal op de grond begon hij te roepen: “Ik steek je neer.” Toen begon hij me in mijn rib te prikken, met zijn mobiel.’

Na vijf minuten arriveert de politie. Petiet: ‘Hij bleek mijn portemonnee te hebben. Toen ze hem van straat oppakten, viel ook mijn laptop onder zijn jas vandaan, op straat kapot. Van Gendt: ‘Hij mocht hem niet eens meenemen, omdat het een crime scene was.’

‘Hij had een gewelddadig verleden, volgens de politie’, vertelt Petiet. Ook bleek hij een veelpleger te zijn, dus de politie was blij met de actie van de studenten. Hij is inmiddels veroordeeld.

Inbraak bij studentenhuizen komt vaker voor; in oktober en november 2011 werden er uit zeven studentenkamers spullen gestolen, in december ging het om zes studentenkamers, blijkt uit cijfers van de politie. Vooral laptops worden gestolen. In Breeveertien werd twee weken eerder ook al ingebroken.