Nieuws
?Bestuurders zijn proleten?
Tijdens een debat vonden staatssecretaris Zijlstra en rector Van der Heijden elkaar in hun afkeer van onheilsberichten over het hoger onderwijs.Door Thomas
woensdag 18 januari 2012

‘Er zat ook een Chinees in ons groepje. Hij sprak nauwelijks Engels maar kon toch rekenen op een goed cijfer.’ Volkskrant-journaliste Maartje Bakker leidde het debat over hoger onderwijs in met een kijkje in de door haar onlangs verlaten collegebanken. Haar werkgever is de organisator van debat dat afgelopen zondag in de Rode Hoed in Amsterdam werd gehouden.

Wat een opsomming van studentikoze clichés dreigt te worden, slaat al om in een lijst van universitaire mankementen. Een zesje behaalt aan de ene universiteit werd een zeven aan de andere omdat de cum laude-wimpel toen haalbaar werd. Een honours college bleek een wassen neus.

Het is spek naar de bek van boekhandelaar, uitgever en publicist Bastiaan Bommeljé die in september vorig jaar een opiniestuk publiceerde waarin hij zich grote zorgen maakte over het hoger onderwijs. De managers bestieren alles, het kennisniveau  is erbarmelijk. Daarop reageerde dan weer rector Paul van der Heijden die Bommeljé aanwreef feitenvrije journalistiek te bedrijven.

Staatssecretaris Halbe Zijlstra mag het debat inleiden en doet dat met de woorden: ‘Er is heel veel goeds en heel veel leuks in het hoger onderwijs. Maar soms ging er iets niet goed.’ Hij heeft het dan met name over de te vrijblijvende kwaliteitscontrole met als dieptepunten de diploma-affaires bij de InHolland-hogescholen. Bommeljé pareert met een opsomming van onheilsberichten. Hij haalt een OESO-rapport waarbij het Nederlands hoger onderwijs ‘vooral retoriek, een loze belofte’ werd genoemd. ‘Waarom drinken Nederlandse studenten het meest en lezen ze het minste?’ De aangekondigde lastenverlaging van een Delftse studie, een leesbelasting van vier bladzijden van vier, te veel managers… Bommeljés woede is oprecht en aansprekend verwoord: ‘The Soprano’s, Nina Brink en de VSNU, dit is een opsomming in afnemende mate van betrouwbaarheid.’ En bestuurders zijn ‘patjepeeërs en proleten’.

Dit zorgt ervoor dat de rector en de staatssecretaris in de verdediging gedrukt worden en vooral aan het temperen en sussen slaan. Tot ook bij hun de irritatiegrens is bereikt. Een Ivy League-universiteitvergelijking van Bommeljé wordt door Van der Heijden weerlegd door aan te geven dat zijn budget een schijntje is vergeleken bij wat Harvard heeft te besteden.

Zo blijft het debat wat dobberen tussen onheil en toekomstmuziek. Tussen woordengescherm vallen wat inkijkjes in de agenda van de staatssecretaris. Zijlstra sluit verdere bezuinigingen niet uit, Duitsland moet niet betalen voor hun landgenoten op Nederlandse bodem, Nederlands onderwijs doet het goed in internationaal perspectief maar excellente studenten moeten beter begeleid, een sociaal leenstelsel zal misschien de stufi komen te vervangen en studenten moeten hun verantwoordelijkheid nemen als het gaat om kwaliteitsopvolging. Tijdens het slotapplaus is Bommeljés tandengeknars bijna hoorbaar.

Sociaal leenstelsel

Het invoeren van een sociaal leenstelsel zal een moeilijke klus worden voor de staatssecretaris. Het CDA verzet zich hier tegen, al is in het licht van grote bezuinigingen geen enkel onderwerp taboe. Ook gedoogpartner PVV wil eigenlijk niet morrelen aan de beurs. In de oppositie is de SP tegen. D66 en de PvdA zijn op zich voorstander maar vinden dat het geld dat de maatregel oplevert, terug moet naar het hoger onderwijs. GroenLinks vindt het stelsel geen slecht idee, maar studenten worden al door maatregelen als de langstudeerboete en de dure tweede master getroffen. Een combinatie van al deze plannen is veel te zwaar. Zijlstra is overigens van plan om al in het volgende collegejaar een leenstelsel voor de master invoeren. De Tweede Kamer moet dit voorstel nog behandelen. Een andere beoogde bezuiniging is de versobering van de ov-kaart, die wellicht verandert in een kortingskaart. Binnenkort bespreken de regeringspartijen en gedoogpartner PVV de bezuinigingsplannen.