Columns & opinie
De kick van vijf uur lang codes kraken
woensdag 5 oktober 2011

‘Moet het geen p1 zijn? Dit is deelbaar door twee, dus dit is goed. Twee, vier, een; dat is het.’ Het is warm in de computerruimte in universiteitsgebouw Snellius. De zon staat er vol op. De enige twee kleine raampjes van het lokaal zijn opengezet om de deelnemers aan het Leids Kampioenschap Programmeren wat verkoeling te geven. Terwijl het overgrote deel van de stad Leidens ontzet viert, besteden studenten van Wiskunde en Natuurwetenschappen hun vrije dag aan het kraken van computeropdrachten. Ook leuk.

Dit kampioenschap is een voorronde voor de BACP, Benelux Algorithm Programming Contest. Dit kampioenschap is een voorronde voor de BACP, Benelux Algorithm Programming Contest. Tien opdrachten krijgen de studenten op papier uitgereikt. Codes als  N = sc.nextInt() en int maxD = Math.min(k, (i - j)/2) vliegen je om de oren. Voor leken onbegrijpelijke taal, maar voor de deelnemers vertrouwd terrein. De oplossingen moeten ze zelf  in een programmeertaal  zoals Java op de computer  invoeren. Die geeft gelijk aan of het gegeven antwoord goed is of fout. De twee beste teams mogen door.

De Leidse voorronde wordt georganiseerd door studievereniging De Leidsche Flesch. ‘Bijna alle universiteiten in Nederland met een bètafaculteit doen mee. Zij organiseren dus vandaag ook precies zo’n kampioenschap’, zegt preses Pim Overgaauw. ‘Iedereen die het leuk vindt, kan meedoen. In teams van drie moeten ze binnen vijf uur zoveel mogelijk opgaven oplossen.’ En die tijd is wel nodig; alle deelnemers zijn non-stop bezig en hebben nergens anders meer oog voor.

Hoe moeilijk dat is, blijkt ook uit het live scorebord dat jurylid Thomas Beuman laat zien. Een overzicht van vakjes per team: wit voor nog niet opgeloste opdrachten, groen voor goede antwoorden en rood voor de fouten. Met nog ruim een uur op de klok, is er nog veel wit. ‘De teams kunnen dit overzicht zelf ook zien’, legt Thomas uit. ‘Bijna iedereen gaat daardoor met dezelfde opgaven aan de slag. Als het anderen lukt, is dat een teken dat die wel te doen zijn.’

Thomas is zelf oud-deelnemer en heeft dit jaar samen met anderen de wedstrijd in elkaar gezet. ‘Als jurylid is het leuk om te zien dat de deelnemers in de valkuilen trappen die we als jury hebben bedacht.’

Als dan rond half zes de verlossende woorden. ‘De tijd is om’, klinken, overheerst er opluchting bij de deelnemers. Erik Massop, student wiskunde, die samen met Raymond van Bommel het team ‘Geen Commentaar’ vormt, is tevreden. ‘We hebben er zeven goed. De taken waren goed verdeeld. Bij het doorlezen van de opdrachten, zie ik al dingen waar Raymond beter in is.’ Even later blijkt dat zeven goede antwoorden genoeg is voor de winst. Overtuigd van een overwinning bij het Beneluxkampioenschap is Raymond niet: ‘We maken een kans ja, maar of we zullen winnen? Er zijn teams die beter zijn.’ Samen met ‘Syntax Error’ dat op de tweede plaats eindigde, mogen ze over twee weken in Eindhoven de eer gaan verdedigen. Buiten gaat de bar open bij het Snellius-gebouw. Er wordt geproost met bier. En sinas.